Saturday, March 31, 2007

Reuzenpad in Australie


In de NRC van gisteren een mooi verhaal over de Reuzenpad.


De reuzenpad verovert Australië
Rotterdam, 29 maart. De van oorsprong Zuid-Amerikaanse reuzenpad voelt zich kiplekker in Australië. Inmiddels zijn de dieren algemeen in een gebied van 1,2 miljoen vierkante kilometer in het noordoosten van Australië, en de invasie gaat verder. Een team van biologen onder leiding van Richard Shine van de University of Sydney heeft nu berekend dat de pad uiteindelijk een gebied van 2,0 miljoen vierkante kilometer kan veroveren. Ze publiceren hun resultaten deze week online in het Britse vakblad Proceedings of the Royal Society B.
De reuzenpad (Bufo marinus) werd in 1935 opzettelijk in Queensland geïntroduceerd om plaagkevers in suikerrietplantages te bestrijden. Maar het dier werd al snel zelf een plaag. In plaats van suikerrietkevers te eten, schakelde de pad over op inheemse insecten. Kikkers en vogels versmaadt het oversized dier ook niet. Het leefgebied van de reuzenpad breidde zich gestaag uit en tegenwoordig heeft het vrijwel de hele kustzone van de provincies Queensland en Northern Territory veroverd.
De reuzenpaddenplaag is vooral een ecologische ramp, waarvan tientallen inheemse diersoorten het slachtoffer zijn geworden – hoewel het nog niet heeft geleid tot het uitsterven van soorten. Kikkers, hagedissen en kleine buideldieren worden door de nieuwkomer weggeconcurreerd, terwijl krokodillen en slangen het loodje leggen na het eten van de zeer giftige pad. Het dier heeft achter zijn ogen en op zijn rug gifklieren die hem effectief beschermen tegen roofvijanden.
In 1995 berekenden onderzoekers nog dat de padden op basis van de omstandigheden in hun natuurlijke leefgebied in Centraal- en Zuid-Amerika (temperatuur, vochtigheid) zich in Australië zouden kunnen verspreiden over een oppervlakte van 0,7 miljoen vierkante kilometer. Maar inmiddels is dat door de praktijk achterhaald: de nieuwe studie voorspelt dat ze wel 2,0 miljoen vierkante kilometer kunnen veroveren.
Hun leefgebied in Australië kan zelfs driemaal zo groot worden als werd gedacht op basis van hun natuurlijke verspreiding. Grotendeels bevrijd van zijn natuurlijke vijanden, zoals bloedetende teken, blijkt het dier bestand tegen hogere en lagere temperaturen. Bovendien lijkt de pad zich genetisch aan te passen aan de omstandigheden op het nieuwe continent. Vorig jaar rapporteerde het team van Shine in Nature dat de padden door genetische selectie steeds langere poten krijgen. Als gevolg daarvan is het tempo van de invasie opgeschroefd van tien kilometer per jaar in de jaren veertig tot vijftig kilometer per jaar nu.
Volgens Shine en zijn collega’s betekent de evolutie van de reuzenpad niet alleen dat ze sneller vooruit komen, maar dat ze ook beter overleven in extremere milieus. De verspreiding van de pad is daardoor in een nieuwe fase beland. Vanuit een stabiele populatie kunnen zich nu nieuwe genetische varianten verspreiden naar omliggende gebieden.
De onderzoekers vonden ook dat nieuwe uitbreidingen opvallend vaak de voetsporen van de mens volgen. Reuzenpadden blijken het succesvolst in open leefgebieden met wegen en voorsteden. De padden liften makkelijk mee met vrachtauto’s en zelfs vliegtuigen. Vandaar dat de onderzoekers verwachten dat zij vroeg of laat zullen opduiken in de veraf gelegen kustgebieden in het zuiden en westen van Australië.
Het artikel eindigt onheilspellend: „Als de pad zich blijft aanpassen aan de Australische omstandigheden, dan is onze voorspelling misschien nog te voorzichtig.”
Australiërs zoeken naarstig maar tot nog toe vergeefs naar middelen om de reuzenpad te bestrijden. Volgens Shine ziet het er naar uit dat ze ermee moeten leren leven. Er zijn al aanwijzingen dat de lokale fauna dat ook doet. De Australische zwarte slang (Pseudechis porphyriacus) evolueerde in reactie een kleinere bek, waar de giftige reuzenpad niet meer in past.

Australie niet door nederlanders ontdekt?

In de Volkskrant van vandaag een mooi artikel over de ontdekking van Australie. Waren het nou de Nederlanders of toch Portugezen? Lees het artikel.

Draai de kaart en Australië is eerder ontdekt
SYDNEY - De curator van de kaartencollectie in de National Library of Australia in Canberra, dr. Martin Woods, reageert opgelucht. Eindelijk iemand die hem wél belt.
Al een paar dagen zoemt het nieuws rond dat niet de Nederlanders als eerste Europeanen Australië hebben verkend, maar Portugezen ruim negentig jaar eerder. Maar hem is niet om commentaar gevraagd en het verhaal wordt als nieuwe waarheid gepresenteerd. ‘De theorie over de Portugezen doet al lang de ronde. Eerlijk gezegd geloof ik er niet zo in’, zegt Woods aan de telefoon tegen de Nederlandse verslaggever. Maar in de Australische publiciteit is de verwarring al een feit.
Vorige week verscheen in Australië het boek Beyond Capricorn. Het is een doorwrocht werk, bedoeld als een populair-wetenschappelijk boek over de vroegste verkenning van Australië. Het is geschreven door amateur-wetenschapper en gepensioneerd journalist Peter Trickett. In een taai betoog toont hij aan dat de zogenoemde Vallard-kaart uit de 16de eeuw, die in de Huttington Library in Los Angeles wordt bewaard, duidelijk de oostelijke en de zuidelijke kust van Australië laat zien. En ook het Noordereiland van Nieuw-Zeeland is toen al ontdekt. Dit zou de Europese geschiedenis van de twee landen op zijn kop zetten.
Tot nu denkt bijna elke historicus dat de Nederlander Willem Janszoon de eerste Europeaan was die Australië op de kaart zette. Hij verkende in 1606 delen van het noorden van het land. Om die ontdekking te herdenken, was er vorig jaar een groot feestelijk programma in Australië waarbij de vriendschappelijke betrekkingen tussen Nederland en Australië werden gevierd. Premier Jan Peter Balkenende en kroonprins Willem-Alexander brachten vorig jaar een bezoek aan Australië.
De Britse ontdekkingsreiziger James Cook krijgt de eer in 1770 als eerste Europeaan de oostkust van het land te hebben verkend, waarna de Britse kolonisatie van het enorme continent begon.
Allemaal onjuist, vindt auteur en journalist Trickett. Hij plaatst de eerste Europese verkenning van Australië in 1522, de ontdekker is de Portugees Christophor de Mendonca. Trickett meent dat de kustlijn van een mysterieus gebied ten zuiden van Java op de Franse Vallard-kaart overeenkomsten heeft met Australië.
Er zit een rare knik in de kustlijn, zo moet hij toegeven, waardoor het gebied op de kaart in de verste verte niet op Australië lijkt. Die knik komt, volgens Trickett, doordat de cartografen bij het overbrengen van de op de boot getekende schetsen naar een kaart op papier, hebben verzuimd een van de schetsen een kwartslag te draaien. Dan is de overeenkomst onmiskenbaar, beweert hij.
Bovendien meent hij dat archeologische vondsten in de wateren Down Under, zoals een stuk lood dat werd gebruikt om netten te verzwaren en een helm, onmiskenbare bewijzen zijn dat de Portugezen hier ruim honderd jaar voor Janszoon en 250 jaar voor Cook in het gebied hebben rondgetrokken.
Tricketts theorie is met veel raadsels omgeven. De Portugezen deden immers niet zo moeilijk over grootste ontdekkingen. Ze verheerlijkten hun grote zeehelden, zoals Ferdinand Magellaan die in 1520 om de wereld poogde te varen en Vasco da Gama die begin 1500 de zeeroute naar India verkende.
De missie naar Australië was uiterst geheim, meent Trickett. Portugal was op zoek naar het beloofde eiland van goud ergens in het zuiden, dat eind 1200 al door Marco Polo zou zijn beschreven. En als je dat vindt, dan hang je niet aan de grote klok waar dat gebied ligt, redeneert hij.
Curator Woods van de National Library in Canberra kan het verhaal niet geloven. ‘Er is al lang gespeculeerd over de Portugese theorie en dat draaien van de kaart gaat er bij mij niet in. Een wezenlijk bezwaar is dat er geen logboek is gevonden van de reis. Van alle grote ontdekkingen, zoals Janszoon, Tasman en Cook zijn journaals beschikbaar. Waarom van deze dan niet?’